11 april 2017
Maak kennis met … Indirah Tauwnaar, Future in Dance

Onder de 86 culturele instellingen die zijn opgenomen in het Cultuurplan 2017-2020 zijn 18 organisaties die nog niet eerder meerjarige subsidie ontvingen. In een serie korte interviews stellen een aantal van deze instelingen zich aan u voor.
Wie ben je? Wat doet je organisatie?
Mijn naam is Indirah Tauwnaar, ik ben initiatiefnemer van Future in Dance. Daarnaast geef ik les als dansdocent aan het Thorbecke en heb ik mijn eigen kostuumverhuurbedrijf. Én dit jaar rond ik mijn docentopleiding bij Codarts af. Mijn studie heeft even stilgelegen naast al mijn andere activiteiten.
Future in Dance wil een communityplatform oprichten voor dansers en mensen met affiniteit voor dans. Ze krijgen de kans om op een semi-professioneel podium te staan. We bieden een doorlopende leerlijn tot danser, docent of performer in combinatie met alle facetten van urban arts.
We werken met een team van twaalf docenten. We zijn allemaal van huis uit danser, sommige volgen nog een opleiding, anderen zijn al afgestudeerd dansdocent. We hebben een zakelijk leider, Marjan van Pol, ook een oud-danser. En een actief bestuur dat ons mee helpt met de organisatie.
Wie is je publiek? Hoe bereik je ze? Welke tip heb je voor gevestigde instellingen die nieuw publiek willen bereiken?
Ons publiek bestaat uit mensen die interesse hebben in urban met een theatrale tint. Mensen die open staan voor nieuwe concepten. In de urban culture scene is iedereen als familie van elkaar. Het gaat erom dat je mensen echt kent en een echte verbinding met je publiek aangaat. We zijn continue bezig om ons netwerk te vergroten.
Als je een jong publiek wil aanspreken moet je vooral op je taalgebruik letten. Niet te pupulair willen doen, geen lange teksten met veel moeilijke woorden. De grootste drempel voor onze doelgroep is de prijs van de kaartjes. Onze leerlingen hebben behoefte aan betrokkenheid. Wij geven ze het gevoel dat ze onderdeel zijn van onze organisatie.
Vanuit de marketingafdeling wordt vaak van bovenaf naar jongeren gekeken, bijna als een algoritme dat je kunt bereiken door de juiste formules in te voeren. Maar je bereikt ze alleen door met ze in gesprek te gaan en écht naar ze te luisteren.
Wat willen jullie over vier jaar bereikt hebben? Wat is er dan verandert in je organisatie?
Over vier jaar kan niemand meer om ons heen. We zijn dan het platform geworden dat we willen zijn met een breed aanbod. We hebben onze eigen school, een thuis. We gaan de komende jaren een kweekvijver ontwikkelen. Zo krijgen we nieuwe aanwas voor de productiegroepen en kunnen we ons netwerk uitbreiden. We zijn nu nog niet overal zichtbaar.
Welk project kijk je het meeste naar uit? Voor de komende vier jaar?
We kijken er erg naar uit om een eigen pand te krijgen. Omdat dat ons de vrijheid geeft om ons verder te ontwikkelen. Vanuit daar kunnen we bij een doelgroep aansluiten, die de andere theaters niet bereiken.
Nu werken we nog vanuit verschillende locaties. Maar we gaan op zoek naar een eigen plek. We willen graag op Zuid zitten. Daar zit voor ons het meest interessante talent. Ik geef ook les in Goes. De jongeren daar hebben over het algemeen een prettig zorgeloos leven. De jongeren waarmee ik werk hebben een echte overlevingsmentaliteit. Dans is hetgene wat ze staande houdt. Ze gebruiken dans als medicijn of als levensmiddel voor hun eigen toekomst. Omdat ze anders niet kunnen worden wie ze graag willen zijn.